Stilte voor de moestuinstorm
'Wat mijn moestuin betreft is begin juni altijd de stilte voor de storm. Alles groeit gestaag door, ik kan mijn eerste radijsjes en aardbeien oogsten, maar de echte kleur-, geur- en smaakexplosie heeft nog niet plaatsgevonden. En dus heb ik, terwijl ik geduldig wacht op de zoete geur van lathyrus en op sappige, dieprode tomaten, nog even de kans om alles goed voor te bereiden voordat de tuin écht uit haar voegen barst. '
Ik ben Nina en ik neem je mee in mijn tuin en op mijn balkon. Zo hoop ik je enthousiast te maken om ook lekker met je handen de aarde in te gaan.
Onkruid wieden
Als ik één tip mag geven over onkruid (of zoals ik het liever noem ‘aanwaaiplanten’), dan is het: houd het bij! Op die manier voorkom je dat het de overhand neemt en het onkruid je op den duur - letterlijk en figuurlijk - tot aan de lippen staat. Steek onkruid dat je niet in je tuin wil met wortel en al uit de grond. Dat is bij de ene plant moeilijker dan bij de andere, maar als je dit niet doet, groeit de plant binnen no time weer terug.
Veel planten die in de volksmond schuilgaan onder de noemer onkruid, vind ik eerder superplanten. Brandnetels bijvoorbeeld, of daslook, zevenblad, paardenbloem en rode klaver. Allemaal hebben ze hun eigen geneeskrachtige eigenschappen en/of heerlijke smaak. Ook houd ik van duizendknoop en fluitenkruid, omdat ze zo uitbundig bloeien. Daar zijn insecten ook heel blij mee. En wist je dat paardenbloemen in het voorjaar de belangrijkste voedingsbron zijn voor bijen en andere insecten als ze na een lange winter wakker worden uit hun winterslaap? In een periode dat het lastig is om andere voedselbronnen te vinden, voorzien paardenbloemen ze van nectar en stuifmeel.
Probeer ‘onkruid’ dus te leren herkennen. De app Picture This kan hier bij helpen. Deze app herkent vrijwel alle plantensoorten via een foto. Op die manier kun je eens bedenken of echt ál die superkruiden de grond uit moeten, of dat je er misschien ook een paar kunnen laten staan.
Een lekker kopje (on)kruidenthee
Mijn favoriete traktatie tijdens een ochtendje tuinieren: een lekker kopje tuinthee. Thuis vul ik een thermosfles met kokend water en neem deze mee naar mijn volkstuin. Daar eenmaal aangekomen vul ik de thermoskan met allerlei kruiden die ik voor handen heb: munt, kamille, heermoes of brandnetels bijvoorbeeld. Heerlijk én hartstikke goed voor je.
Ook als je geen tuin hebt, kun je natuurlijk wél zo’n lekker kopje (on)kruidenthee voor jezelf maken. Aanwaaiplanten zijn namelijk overal om je heen. Ga erop uit!
Slakken
Iedereen met een tuin in Europa lijkt er meer last van te hebben dan ooit tevoren: slakken. Ook in mijn tuin hebben ze vrijwel alles al opgegeten. Mocht jij tuinieren op een balkon of dakterras, dan mag je in dit geval dus in je handjes knijpen. En hoewel slakken echte oerdieren zijn en ook helpen in de tuin (met het opruimen van tuinafval bijvoorbeeld), kan het flink frustrerend zijn dat ze al je zorgvuldig voorgezaaide jonge plantjes opeten. Mocht dit het geval zijn, dan kun je een aantal dingen doen om dit te voorkomen. In mijn tuin hanteer ik alleen diervriendelijke methodes. Hieronder een opsomming van de dingen die voor mij het beste helpen:
- Rapen: ik ga ’s ochtends of ’s avonds (als de slakken zich laten zien) met een emmertje de tuin in en verzamel alle slakken die ik kan pakken. Vervolgens zet ik ze een heel eind verderop weer uit. Uiteraard op een plek waar andere mensen er geen last van hebben.
- Natuurlijke vijanden aantrekken: onder andere vogels, kikkers en egels voeden zich met slakken. Maak het ze dus gemakkelijk! Dit kun je doen door bijvoorbeeld waterbakjes neer te zetten, of kattenbrokjes voor egels, een egelpoortje installeren of een vijvertje te maken.
- Cacaodoppen: slakken glibberen niet graag over een scherp oppervlak, schelpen of kapotte eierschalen bijvoorbeeld. Ik strooi het liefst cacaodoppen.
- Kopersponsjes: als slakken in aanraking komen met koper krijgen ze een schok die niet dodelijk is, maar er wel voor zorgt dat de slak een andere route neemt en op afstand blijft. Je kunt dus koperen ringen om jouw jonge plantjes plaatsen, of nog makkelijker (en goedkoper): frummel wat kopersponsjes uit elkaar en vorm er een soort kooitje mee.
Toppen en dieven
Ik heb het al eens genoemd in mijn eerste blog, maar wil het toch nog een keertje aanstippen. Voordat je planten écht groot worden, is begin juni namelijk hét moment om je eenjarige bloemen te toppen en je tomaten te dieven.
Veel eenjarige bloemensoorten - dat zijn soorten die in één jaar een hele levenscyclus doormaken en je dus ieder jaar opnieuw zaait - kun je toppen om er op die manier voor te zorgen dat ze meer bloemen geven. Cosmea en siererwt bijvoorbeeld. Toppen houdt in dat je, wanneer je zaailingen drie sets bladeren hebben, met een klein schaartje de top eruit knipt. Het voelt misschien tegenstrijdig, maar uiteindelijk pluk je er de bloemen van. Je stimuleert de plant op die manier namelijk om zijscheuten aan te maken. Dit zorgt ervoor dat je niet één lange plant krijgt, maar juist een volle plant met allerlei vertakkingen en dus meer bloemen.
Heb je tomaten gezaaid, dan kun je een soortgelijke techniek toepassen. Dit heet dieven. Dieven houdt in dat je niet de toppen maar juist de zijscheuten wegknipt. Als de plant een zijschuit aanmaakt in een zogeheten ‘oksel’, dan knip je deze weg. Op die manier stimuleer je de plant om juist te focussen op vruchtvorming, zodat jij extra veel tomaten kunt plukken en eten.
Direct zaaien
Uiteraard kun je in juni ook nog allerlei verschillende dingen zaaien in je tuin. Bieten bijvoorbeeld, of pompoen, wortels, radijzen, verschillende slasoorten en nog veel meer. Dat is fijn om te weten als je nog niet begonnen was én een prettig geheugensteuntje wanneer je slakken alles hebben opgegeten. Nieuwe ronde, nieuwe kansen! Na het lezen van dit artikel weet je immers wél wat je kunt doen om die vraatzuchtige glibbers op afstand te houden.
Oogsten
Waar de tuin begin juni nog redelijk ingetogen kan zijn, is dat eind juni vaak een heel ander verhaal. Ik verbaas me er altijd over hoe snel alles groeit. De kans is groot dat, wanneer je op tijd (voor)gezaaid hebt, je in juni al van alles kunt oogsten. Mijn advies is om daar echt een moment van te maken. Er gaat wat mij betreft niets boven dat eerste mandje gevuld met oogst. Geniet ervan!
Wil je meer moestuininspiratie? Nina heeft er een boek over geschreven!
In haar boek ‘Mijn moestuin vol verwondering’ neemt ze de beginnende moestuinier mee in haar creatieve manier van tuinieren en laat ze je zien wat je - het hele jaar - kan doen, maken, eten en beleven in en uit eigen tuin.